Terug naar Actueel
  • Zorgboeren

Renske Schoon, studente gezondheidswetenschappen, deed onderzoek naar het effect van methodisch werken op zorgboerderijen. Volgens Renske kan het gebruik van methodes goed helpen, omdat ze richtlijnen, kennis van de doelgroep en handige handvatten (instrumenten) voor de praktijk geven en ze helpen een bepaalde visie op zorg te vormen.

Renske onderzocht Triple C, de Böhm methode, Geef me de Vijf en Oplossingsgericht werken. Ze sprak met zorgboeren over de toepassing van de methodes.  De methodes zijn ontworpen voor verschillende doelgroepen. Renske koos voor deze vier methodes omdat ze zowel bij de regio’s als bij het Kwaliteitsbureau vaak genoemd werden.

Volgens zorgboeren zijn Geef de me vijf en Böhm vooral heel waardevol. Geef me de vijf is een methode die helpt om duidelijkheid te geven. Met name mensen met autisme hebben er baat bij. De methode werd ook wel eens toegepast bij hoger begaafde mensen maar zij hebben juist meer uitdaging en flexibiliteit nodig. Voor mensen met ADHD is duidelijkheid ook prettig, maar gaat de info het ene oor in en het andere oor weer uit.

De Böhm methode voor mensen met dementie geeft aan dat het goed is aan te sluiten bij de belevingswereld van de persoon in kwestie. Daarvoor is veelal bekendheid met de jeugd van de persoon in kwestie nodig. Door mensen handelingen uit hun jeugd te laten verrichten komen ze beter de dag door. In veel gevallen sluiten boerderij-activiteiten goed aan bij activiteiten die hedendaagse ouderen in hun jeugd hebben gedaan. Moestuinieren, koken of dieren verzorgen zijn vertrouwde activiteiten. “En wat leuk was om te horen, was dat zorgboeren flexibel zijn. Ze hebben een boerderij-omgeving maar proberen het aan te laten sluiten bij iedereen. Zo was er een metselaar met dementie die niet meer kon praten maar wel kon metselen, waar hij heel blij van werd.”

De methodes zijn volgens Renske goed verenigbaar met het kwaliteitskader en de kernwaarden. ‘Ik word gezien en gehoord’ en ‘Ik kan kiezen uit nuttig werk’ zijn bijvoorbeeld elementen waar de methodes ook op sturen.

Triple-C neemt niet het probleemgedrag, maar de menselijke behoeften als uitgangspunt. De methode wordt vooral toegepast bij mensen met een verstandelijke beperking. Doel van Triple-C is ‘het gewone leven ervaren’, met alles wat daarbij hoort: een plek waar je je veilig en thuis voelt, mensen waarop je kunt bouwen en een betekenisvolle invulling van de dag. Er wordt naar competenties gestreefd. Als dat lukt, krijgen cliënten steeds meer vertrouwen. In zichzelf, in de ander en in hun omgeving. Stress en probleemgedrag verdwijnen naar de achtergrond.

Volgens Renske is het voor veel doelgroepen bruikbaar, maar is het met verslavingsproblematiek wel lastig om na de focus op een bepaald doel niet terug te vallen in oude patronen.

Oplossingsgericht werken is een methode voor jongeren en volwassenen om hen in staat te stellen hun problemen zelfstandig of samen met mensen uit hun omgeving op te lossen. De hulpverlener gaat op methodische en gestructureerde manier met de cliënt in gesprek, waarmee de cliënt zijn autonomie versterkt. De methode past bij het streven naar meer autonomie van deelnemers.

Renske: “Zorgboeren zijn in deze methode alleen facilitator, de deelnemer is zelf aan zet.” Een voorwaarde is dat mensen wel open moeten zijn. “Als iemand helemaal in zijn schulp zit, is het lastig tot doelen te komen.” Zorgboeren die volgens deze methode werken, zullen nieuwe deelnemers meteen vragen wat ze leuk vinden om te doen. Als iemand in zijn leven weinig gedaan heeft, blijven ze samen zoeken naar haakjes. “Een man wiens vrouw altijd gewerkt had, had thuis kleine klusjes gedaan. Nu doet hij dat op de zorgboerderij.”

Voor alle methodes, maar vooral voor de laatste twee, geldt dat contact maken en vertrouwen winnen belangrijke elementen zijn. Volgens Renske is dat iets wat zorgboeren in het hart zit. “‘Ik word gezien en gehoord’ is een hele duidelijke kernwaarde die altijd terug komt.”

Keurmerk

Het bieden van de juiste begeleiding aan bepaalde doelgroepen is ook een vereiste voor het kwaliteitskeurmerk. Een bepaalde methode gebruiken is niet verplicht, maar methodes worden wel vaak aangehaald in de jaarverslagen. “Bij alle zorgboeren die meededen in de focusgroepen (3-5 zorgboeren per groep/methode, 18 in totaal) is het werken met methodes bekend. De een grijpt er meer naar dan de ander, maar voor allen is het waardevol. Vanwege de visie-ontwikkeling maar ook voor de praktische handvatten”, besluit Renske.

Lees hier haar onderzoeksverslag