Terug naar Actueel
  • Zorgboeren

In de proeftuinen is praktijkervaring opgedaan in het opzetten en/of verder ontwikkelen van een onderwijszorgaanbod voor deze kinderen, binnen huidige wet- en regelgeving. De begeleiding heeft volgens het begeleidend bureau BMC geleid tot de volgende bevindingen, ook te vinden in het rapport dat erover verscheen

  1. Het realiseren van een duurzaam OZA vraagt om netwerksamenwerking

Om een OZA te realiseren als initiatief, is het essentieel om in (nauw) contact te staan met het SWV PO/VO, de gemeente en/of het zorgkantoor. In de begeleiding van de proeftuinen heeft het consultancy bureau BMC vanuit de rol van onafhankelijk begeleider het contact geïnitieerd en de dialoog in het netwerk bevorderd. Hierbij is geïnvesteerd in constructieve relaties van de proeftuin met zijn netwerkpartners. Om de juiste toon en timing te vinden in het contact, is kennis nodig over de rol van de relevante netwerkpartners en over wat hun taken en belangen zijn. Voor onderwijs-zorgboeren is de tip, die te vinden is in de toolbox: denk even na vanuit welke systeemwereld er naar het kind gekeken wordt en probeer vanuit het kind te redeneren. De beleefwereld van het kind is de bindende factor.

  1. Het realiseren van een duurzaam OZA vraagt om kennis van wet- en regelgeving

De praktijk van de proeftuinen laat zien, dat de wet- en regelgeving in veel opzichten ruimte biedt voor maatwerkoplossingen. Die zijn nodig voor een OZA, ze zijn alleen niet overal bekend. In de begeleiding blijkt dat het helpend is om:

  • kennis te hebben over (de bedoeling van) wet- en regelgeving en maatwerkmogelijkheden;
  • aanbod binnen en met wettelijke mogelijkheden te organiseren, aansluitend bij beschrijvingen van de kinderen en de ondersteuningsbehoefte, concreet vanuit de leefwereld;
  • kinderen in te schrijven bij een school of te zorgen dat ze ingeschreven blijven staan;
  • in gesprekken met netwerkpartners op zoek te gaan naar ruimte voor maatwerk binnen de huidige wet- en regelgeving;
  • in een vroeg stadium de Inspecties Gezondheidszorg en Jeugd en van het Onderwijs te betrekken.
  1. Een neutrale procesbegeleider is zeer bevorderlijk voor het realiseren van een duurzaam OZA

De neutrale procesbegeleider is zelf geen belanghebbende partij en kan daarmee voor elke partij acceptabel zijn en bijdragen aan verbindingen. In de begeleiding blijkt dat de kennis van de neutrale procesbegeleider over zorg en onderwijs zorgt voor meer kennis en begrip bij alle betrokken instanties over elkaars verantwoordelijkheden en opdracht. De neutrale procesbegeleider maakt gebruik van de planmatige aanpak van het Stappenplan OZA, zorgt voor verbinding vanuit de bedoeling voor kinderen, beschikt over de benodigde kennis over wet- en regelgeving en werkt toe naar duurzame afspraken op collectief niveau.

Het Stappenplan OZA

Uit de begeleiding van de proeftuinen blijkt, dat het helpt om een planmatige aanpak te hanteren om te komen tot een duurzaam OZA. Daarom is het ‘Stappenplan OZA’ ontwikkeld: een handzaam instrument, waarmee in een opbouwende volgorde van stappen tot een duurzaam OZA kan worden gekomen. Als verdieping op het Stappenplan OZA zijn voor diverse stappen aanvullende tools en documentatie ontwikkeld, die samenkomen in de Toolbox Proeftuinen OZA.