Sommige zorgboeren zijn actief bezig met het vergroten van de biodiversiteit op hun bedrijf. Zoals in de vorm van voedselbossen. Ook koepelorganisatie Landzijde is met het onderwerp bezig: zij biedt vanuit het project Natuurwerk 6 juni samen met Natuur en Milieu Noord-Holland een informatie- en inspiratie sessie aan. Pioniers De Groene Boerderij in Den Ilp (Noord-Holland) en Eben-Haëzer in Nieuw-Lekkerland (Zuid-Holland) hebben goede ervaringen met de combinatie voedselbos en zorg: het zorgt voor prettig handenwerk en veel natuurbeleving.
Toevallig zitten beide geïnterviewde zorgboeren in een veenweidegebied. Niet de meest logische plek voor voedselbossen: bomen houden van droge voeten. Toch weten ze er wat van te maken. Bij Eben-Haëzer melkveehouderij en zorgboerderij zijn de bessen en frambozen plukwallen populair, staat er om het huis sinds kort een hoogstam boomgaard en komt er een voederhaag langs het koeienpad. Ook is het grootste deel van het 30 hectare grote huiskavel grasland kruidenrijk en komen er mogelijk nog enkele houtwallen. Ook worden er op en rond het erf vaste planten gezet waar eerst alleen gras was. De deelnemers zijn kinderen en jongeren met een psychologische of verstandelijke beperking. Ze komen voor dagbesteding en kortdurend verblijf.
Jasper Meerkerk: “Het is mooi om te zien hoe de natuur hier opbloeit. De biologen die we pas op bezoek hadden, waren heel enthousiast. We zien hier heel veel vogelsoorten, de zeldzame heikikker, bijzondere libellen en we streven naar de terugkeer van de argusvlinder. We zijn aan het omschakelen naar biologische melkveehouderij en we doen we al jaren aan weidevogelbeheer.”
Bessen al op
Medewerkers, deelnemers en bezoekers neemt hij mee door veel te vertellen van wat hij waarneemt. “Een medewerker is daarbij uit zichzelf ook heel enthousiast, de anderen vinden het wel best. Dat is sowieso in de zorglandbouw een uitdaging: mensen vinden met passie voor agrarisch en voor zorg. Driekwart van de deelnemers, meest jongens, vinden het allemaal wel heel mooi. De wilgen zorgen voor snoeiwerk en hout om te gebruiken, het kruidenrijke grasland voor maaiwerk. Omdat we het gefaseerd doen vanwege de dieren, is het niet snel eentonig.” Lachend vervolgt hij: “De plukwal is er om te oogsten. Maar net toen ik dat wilde aankondigen, waren alle bessen al opgegeten.”
Burger betrekken
Jasper is heel actief om de burger bij het verhaal van zijn boerderij te betrekken. Hij bezoekt bijeenkomsten en gaat met veel mensen in gesprek. Daarom wil hij ook een Rustpunt openen. “Zo kunnen mensen zelf zien waar we mee bezig zijn. Ook daar gaan we een plukwal aanleggen met bessen enzo. Kan het vers gegeten worden.”
De voederwal langs het koeienpad gaat soorten bevatten die de gezondheid bevorderen. “De wilg werkt inwendig als pijnstiller en uitwendig ontstekingsremmend. Ook andere planten hebben hun voordelen. Door de voederhaag kunnen koeien zelf uitzoeken wat ze nodig hebben.”
Amber Groeneveld van De Groene Boerderij is ook al zo actief. Zij ontvangt tot 10 deelnemers per dag, vooral met psychische klachten. Op 2 hectare is zij met haar partner en vrijwilligers en deelnemers druk doende de biodiversiteit te vergroten en de afkalving van het veen tegen te gaan. “We kwamen op het idee omdat een paar biologen voor hun voedselboscursus ons perceel in ontwerp namen. Toen het ontwerp in concept klaar was vond ik het een heel mooi plan, alleen werden er daarna nog veel bomen uit geschrapt vanwege het veen. De bomenadoptie actie was echter al geweest. Toen ben ik zelf in de materie gedoken en ben intuïtief hûgelbedden gaan bouwen om de bomen een plek te geven: organische ophogingen. Dat werkt gelukkig. Evengoed blijft het een vrij open landschap, dus past de naam voedselpark beter dan voedselbos.”
Wilgen tegen afkalving
Wilgen oogst en plant Amber heel bewust. “Bij de slootkant kalft het veen af. Ik steek er steeds nieuwe wilgentakken in, die daar verder groeien en ze de grond vasthouden. Dat werkt heel goed. Ook hebben we van wilgen zweethutten gemaakt.”
Verder zorgt het snoeihout voor houtsnippers, net als het snoeihout uit de omgeving. “Daar maken we looppaden en nieuwe plantbedden van. Door op het gras gedurende een jaar wegendoek te leggen en daarna karton plus houtsnippers, weet ik het gras wat terug te dringen en krijgen andere soorten een kans. Bessen en doornloze bramen gaan bijvoorbeeld heel goed. Ik kijk wel uit voor de wilde braam, want die zal het hier met alle stikstof te goed doen. Net als de akkerwinde, dat is echt een woekeraar.”
“Altijd als je in een landschap ingrijpt, krijg je plagen voor er een evenwicht is. Zo kwamen er bergen slakken, daar hebben we loopeenden tegen ingezet. De haagwinde zit overal, die bestrijden we met onze deelnemers twee ochtenden in de week. Het is daarbij belangrijk dat we overzichtelijke taken maken. We zetten een stukje af en als het klaar is gaan alleen twee fanatiekelingen nog door.”
Iedere dag een verse maaltijd
De Groene Boerderij werkt niet voor de markt, maar wel voor eigen gebruik. “We maken iedere dag met elkaar een gezonde verse maaltijd klaar, zoveel mogelijk uit eigen tuin. Dat kan het voedselpark zijn, maar ook de moestuin.
“En wie weet wat er nog ontstaat. Vorig jaar hadden we veel blauwe bessen. Nu hebben we veel sechuan pepers. Dat is een mooi winterklusje, om die te sorteren en te drogen.
Ik verwacht niet dat het voedselbos een echt inkomen gaat opleveren, maar voor de biodiversiteit en het terugdringen van stikstof is het een uitkomst. Het past helemaal bij onze missie om bewuster te leven met elkaar en met de natuur. Die bloeit er van op. We zien hier heel veel verschillende plantensoorten, vogels - waaronder ook de zeldzame roerdomp en de heggenmus-, egels en insecten. En ook voor de mensen is het goed. Menig deelnemer met een burn-out haakt aan op het voedselbosprincipe. Ik maak er geen ding van, maar breng het terloops ter sprake. De meeste mensen zijn bezig stabiliteit te zoeken, die hebben geen behoefte aan een college. Maar er gewoon mee bezig zijn, vindt iedereen fijn.”