Terug naar Actueel
  • Zorgboeren

De Wet Zorg en Dwang, die sinds januari 2020 van kracht is, , vervangt de BOPZ, die gedwongen zorg vanuit bepaalde instellingen reguleerde. Zorgboeren werkten soms als onderaannemer met deze richtlijnen, maar waren zelf geen erkende BOPZ instelling. De Wet Zorg en Dwang geldt voor alle zorgverleners die wel eens zorg verlenen onder dwang, en dat zijn er meer dan je misschien denkt. 2020 is een overgangsjaar, wat betekent dat we dit jaar rekening moeten houden met de gevolgen van de wet. Bewustwording van het 'nee, tenzij-principe' en het inrichten van werkprocessen voor bijvoorbeeld het stappenplan.

Dunne scheidslijn
Maya de Wilde is vanuit de Federatie Landbouw en Zorg betrokken bij de invoering van de wet. Zij legt uit: “Er zit een dunne scheidslijn tussen zorg zonder en zorg met dwang. Zo is een deuralarm op een kamerdeur geen onvrijwillige zorg als de deelnemer en diens vertegenwoordigers er mee instemmen, maar valt het wel onder onvrijwillige zorg als de deelnemer en/of de vertegenwoordigers zich hier tegen verzetten. En een mobieltje van een kind van 11 afnemen met toestemming van de ouders valt niet onder onvrijwillige zorg, maar als het kind 12 wordt dan kan het zijn dat ook de instemming van het kind zelf nodig is. Ook als je huisregels opstelt moet je goed weten wat wel en niet mag. Kortom: ik raad iedereen aan de FAQ te lezen die we samen met Vilans hebben gemaakt."

Zorgboerin Marieke Claessens die als zorgboerin van Zorgboerderij Wienes heeft zich in het onderwerp Wet Zorg en Dwang verdiept. 

“Er is een stappenplan om door te nemen in het zorgplan. Dat is een fijne leidraad.” Marieke is naast zorgboerin ook bestuurslid bij de Coöperatie Limburgse zorgboeren. 
“Als er sprake is van dwang, moet er eerst goed worden gekeken of het ook op een manier kan zonder dwang, dus met instemming van de deelnemer zolang het niet gaat om opsluiten of fixeren. Jongeren zelf hun mobieltje in een kluisje laten leggen met een eigen sleutel is geen dwang, een mobieltje afnemen en in een kluisje leggen wel." 
"Wij hebben wonen, dagbesteding en logeren. Bij wonen zal het eerste sprake zijn van de wet. Daarom hebben we de zorgplannen van de bewoners samen met onze orthopedagoge kritisch bekeken. Het mooie is wel dat enkele zaken ook zo zijn veranderd dat ze niet meer onder de nieuwe wet vallen. Een deelnemer moesten we wel eens vasthouden bij extreme onrust. Inmiddels is dat niet meer nodig, weten we andere manieren om haar rustig te krijgen. Dat is het mooie, dat je je er heel bewust van wordt dat het een uiterste is, iets wat eigenlijk ongewenst is.”
Als handelingen vallen onder de Wet Zorg en Dwang, moeten deze opgeschreven worden in het zorgplan en goedgekeurd en geëvalueerd worden door vier of vijf mensen. De zorgverantwoordelijke van de zorgboerderij zelf, een deskundige met een andere discipline, de WZD functionaris die niet betrokken is bij de zorg en een niet bij de zorg betrokken deskundige, zoals een collega-zorgboer of een werknemer van een andere afdeling. In sommige gevallen moet er ook nog een arts bijkomen, bijvoorbeeld als het gaat over medicijngebruik. Dit moet iedere drie maanden opnieuw en is daarmee een aardige kostenpost. “Maar als er geen wijzigingen zijn, is op den duur eens per half jaar evalueren voldoende”, zegt Marieke. Zij pleit er wel voor ongewijzigde situaties op den duur maar eens in de vijf jaar te heroverwegen met de deskundigen. “Maar ik ben niet degene die de wet maakt.”
Ze roept collega-zorgboeren op allemaal naar de FAQ te kijken. De gedachten over dwang in de zorg, zullen bij de meeste zorgboeren niet veranderd zijn. Het was altijd al “nee, tenzij”. Maar ze waarschuwt ook: “Ook al denken veel collega’s dat ze er niet mee te maken hebben, het is sneller aan de hand dan je denkt. Zo kan bijvoorbeeld het tijdelijk afpakken van spullen -bijvoorbeeld om afleiding te voorkomen- al dwang zijn. Op het moment zijn we nog maar aan het begin van de invoering van de wet, voor ons allemaal is het nog zoeken hoe we het stappenplan het beste in kunnen voeren."
gemaakt.”